Fraaie rapportcijfers voor Vurich

Om het inzicht in de branche te vergroten laat de KBvG jaarlijks een onderzoek uitvoeren naar het ondernemerschap, ambtsuitoefening en de economische bijdrage en effectiviteit van de bij de KBvG aangesloten gerechtsdeurwaarders (142 kantoren in 2021). Deze benchmark wordt uitgevoerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), waarbij de uitkomsten uitgesplitst zijn naar kantoorgrootte. En we mogen bepaald niet ontevreden zijn: uit de benchmark blijkt dat het percentage succesvolle dossiers in de invorderingspraktijk van Vurich (executie) maar liefst 47% hoger is dan het gemiddelde van de vergelijkingsgroep middelgrote deurwaarderskantoren (20,8 procentpunt). Daarnaast kunnen we bogen op een executierendement van 1221% (kosten ambtshandelingen afgezet tegen ontvangsten).

Kortom: onze opdrachtgevers kunnen op ons rekenen als het gaat om de kerntaak van de gerechtsdeurwaarder: het bieden van rechtszekerheid in het maatschappelijk verkeer.

Interview – transparantie over schulden en vermogen

Het kost tijd en geld om een vordering betaald te krijgen. Om te voorkomen dat die investeringen zinloos zijn, is het belangrijk dat een gerechtsdeurwaarder een zo compleet mogelijk inzicht heeft in de situatie van de schuldenaar. Alleen dan kan hij een goede inschatting maken van de betaalcapaciteit. Sjef van der Putten, gerechtsdeurwaarder en vicevoorzitter van de KBvG, licht toe waarom dit in het voordeel is van alle betrokkenen en waar het beter kan.

Vurich positief geaudit

Elk deurwaarderskantoor in Nederland moet voldoen aan de kwaliteitsnormen en -richtlijnen van de beroepsorganisatie KBvG. Of dat het geval is wordt door middel van een onafhankelijke audit vastgesteld. Als startend kantoor werd Vurich onlangs voor het eerst beoordeeld, met een (zeer) positief toetsingsverslag als resultaat.

Een professioneel gerund kantoor, goed opgeleide medewerkers met een zeer hoge betrokkenheid bij het kantoor en de werkzaamheden en een zeer duidelijke en transparante communicatie met opdrachtgevers en justitiabelen. Dat is in een notendop de conclusie die de auditor trekt na het evalueren van Vurich. Veel waardering is er onder meer voor de open cultuur, het doortimmerde opleidingsprogramma voor medewerkers en de voorbeeldrol van de deurwaarder zelf. Ook de sterke focus op ethiek en ethisch handelen – zaken als uitspraken in het tuchtrecht, relevante wet- en regelgeving, klachten en ethische kwesties worden binnen het kantoor geregeld besproken – kan de goedkeuring van de auditor wegdragen. Bijzonder is de auditor te spreken over de unieke focus voor de advocatuur, de stevige visie op het ambt en de wijze waarop dit structureel in de praktijk wordt gebracht.

Het kantoor onderscheidt zich daarnaast door de leesbaarheid en de zeer hoge kwaliteit van correspondentie richting opdrachtgevers en justitiabelen. Justitiabelen worden altijd actief geïnformeerd over de mogelijkheden tot verweer, processuele bijstand en consequenties van niet-handelen. Op de exploten staat duidelijk uitgewerkt voor welke partij het exploot bestemd is, waarom, waarop beslag is gelegd, wat justitiabele dient te doen, wat er gebeurt als justitiabele niets doet en waar justitiabele terecht kan. De auditor acht de exploten van een hoog niveau ten aanzien van informatieverstrekking. Dat geldt ook voor de afrekeningen en declaraties.

Al met al acht de auditor de werkwijze van Vurich van een bovengemiddeld hoog niveau. Een conclusie die ons uiteraard bovengemiddeld tevreden stemt!

Nederland kan wel degelijk iets leren van de invordering van onbetwiste schulden in België

Eind maart 2019 stuurde minister Dekker het onderzoeksrapport ‘Quick scan Belgische procedure voor de Invordering van Onbetwiste Schulden’ naar de Tweede Kamer. Aanleiding was de inwerkingtreding van de nieuwe incassoprocedure voor vorderingen tussen bedrijven in België en de vraag of aan een vergelijkbare procedure in Nederland behoefte bestaat. Over de uitkomst werd bericht met als kop: ‘Belgische procedure voor invordering van onbetwiste schulden biedt weinig voordelen voor Nederland.’ Omdat ik met S.J.W. van der Putten hierover schreef was ik benieuwd, maar die kop dekt de lading niet: het onderzoek betreft een quickscan waarbij niet of nauwelijks recente literatuur is gebruikt en waarbij ervaringen van schuldeisers, schuldenaren en betrokken organisaties en beroepsgroepen niet zijn onderzocht. Daarom een herhaald pleidooi.

Scherpere tanden voor beslag- en executierecht

Vurich leverde een belangrijke bijdrage aan het Compendium Beslag- en executierecht dat in 2018 verscheen. Auteurs van verschillende disciplines behandelen daarin alle voor dit vakgebied relevante onderwerpen in tientallen bijdragen, zowel vanuit praktisch als wetenschappelijk perspectief. Het Compendium is tevens een pleidooi voor een een algehele herziening van het beslag- en executierecht en daarmee een meer rechtvaardige en effectieve rechtshandhaving. Diverse vakmedia publiceerden hierover, waaronder Advocatenblad en Mr. Online.

Title